De persconferentie van het kabinet heeft ons, de budosport, niet gebracht waar we zo op hoopten: het openstellen van de binnensportaccommodaties. Wel goed nieuws voor een deel van de sportsector; een (blijvende) enorme uitdaging voor een groot deel van onze tak van sport. Maar teleurstelling overheerst bij onze 650 aangesloten clubs en de ruim 100.000 budoka’s. De afgelopen week zijn veel van onze clubs met groot enthousiasme begonnen om op creatieve wijze in de buitenlucht hun lessen aan te bieden.Dit naast het al online aanbod. Echter, een binnenles of een buitenles is een wereld van verschil. Hoe fijn onze jeugdige sporters het ook vinden om weer samen te kunnen trainen, de vragen waarom het niet binnen mag overheersen. Het betekent voor dit ogenblik concreet drie dingen.
- De JBN blijft met de andere binnensportbonden lobbyen om het binnensporten zo snel als mogelijk van start te laten gaan. Wij zijn er klaar voor! Ook hier willen we eerst starten met de kinderen tot en met 12 jaar, die vanaf volgende week weer naar de basisschool moeten. Op school mogen zij gymles hebben, en dan zou het logisch zijn dat zij ook mogen sporten bij de clubs. Wij hopen op andere, vernieuwende inzichten bij het kabinet waardoor deze maatregel op korte termijn wordt versoepeld voor eerst de kinderen t/m 12 jaar en daarna voor alle leeftijden.
- NOC*NSF gaat samen met de sportbonden aan de slag om dat deel van de sportsector dat vanaf maandag weer aan de slag mag, te ondersteunen. Dit doen ze door door goede richtlijnen weer te geven binnen een protocol dat gebaseerd is op de al bestaande richtlijnen voor kinderen tot en met 18 jaar. Het gaat dan om de volwassenen die binnen de 1,5 meter richtlijn ook buiten mogen gaan sporten. We verwachten dat dit protocol a.s. vrijdag of zaterdag gereed is. De JBN zal dit protocol aansluitend met de clubs delen.
- NOC*NSF gaat dat deel van de sector dat nog niet mag starten zo goed mogelijk voorzien van duidelijkheid omtrent ondersteunende overheidsmaatregelen. Vrijdag 1 mei werd bekend dat het kabinet 110 miljoen ter beschikking stelt om tegemoet te komen aan de noden van de Nederlandse sportverenigingen. In de eerste plaats gaat er 90 miljoen euro naar sportverenigingen door de huur kwijt te schelden over de periode 1 maart tot 1 juni. Voor veel sportverenigingen is de huur de grootste kostenpost op de begroting. Met deze maatregel worden ruim 11.000 sportverenigingen ondersteund. Ten tweede gaat er 20 miljoen euro naar sportverenigingen met een eigen accommodatie. NOC*NSF is met VWS in gesprek over hoe dit het beste vorm gegeven kan worden. Binnenkort meer bericht hierover.